‘Als Sadako nog geleefd had, zou ze even oud zijn als ik. Dat besef was voor mij de reden om in het herdenkingsmuseum te gaan werken. Ik vertel bezoekers de persoonlijke getuigenissen van de hibakusha, de overlevenden van de bom op Hiroshima en Nagasaki. Het zijn hele indringende verhalen die ik met ze deel. Ik heb de Engelse vertaling van de verhalen die ik vertel uit mijn hoofd geleerd‘. De Japanse vrouw met wie ik spreek staat op, recht haar lijf en reciteert een deel van de voordracht in het Engels met een mooi Japans accent en de meest vertederende glimlach die ik ooit gezien heb op haar gezicht.
Sadako Sasaki was 24 maanden oud toen de bom op Hiroshima viel. Ze kreeg al snel na de aanval leukemie en stierf toen ze 12 jaar oud was.
‘Vaak blijven mensen, nadat ik een verhaal heb gedeeld, achter om mij vragen te stellen. Vooral buitenlanders hebben veel vragen. Maar eigenlijk spreek ik geen Engels en kan ik geen vragen beantwoorden in die taal. Ik vind het erg belangrijk dat iedereen de getuigenissen van de hibakusha hoort en ben nu bezig om Engels te leren spreken zodat ik straks wel al die vragen kan beantwoorden.’
We zitten samen op een bankje voor de Atomic Dome, een door de bom deels verwoest gebouw wat later icoon werd voor gruwelijke effecten van de bom die op 6 augustus, 70 jaar geleden, precies hier viel. Ze staart naar de rivier en houdt afwezig een papieren kraanvogel tussen haar vingers geklemd.
‘Ken je het verhaal van Sadako eigenlijk wel?’
De kraanvogel is in Japan een heilig dier, dat 1000 jaar oud wordt. Als je duizend origami kraanvogels vouwt (senbazuru), één voor elk jaar dat de kraanvogel leeft, zal de kraanvogel je wens meenemen op zijn vleugels en zorgen dat hij uitkomt.
Sadako bracht een groot deel van haar leven door in ziekenhuizen maar ging ook naar de lagere school. Toen ze zieker en zieker werd door de effecten van de straling van de bom, besloot ze duizend kraanvogels te vouwen om haar wens om weer gezond te mogen zijn, uit te laten komen. Toen ze er 644 gevouwen had, werd ze te zwak om nog verder te kunnen vouwen. Ze stierf op 25 oktober 1955. Haar klasgenoten hebben, in haar naam, de resterende vogels gevouwen.
In het vredespark in Hiroshima staat een standbeeld voor Sadako. Zij houdt een enorme origami kraanvogel boven haar hoofd. Om het standbeeld zijn grote glazen kasten vol senbazuru, strengen met duizend kraanvogels. Bezoekers brengen deze naar het park met één gezamenlijke wens: een wereld zonder kernwapens’. Op het plakkaat bij het standbeeld staat: ‘Dit is onze smeekbede. Dit is ons gebed. Vrede op aarde.’
De vrouw die even oud is als Sadako nu had moeten zijn kijkt op haar horloge, maakt een diepe buiging naar me en excuseert zich. Ze moet weg om in het herdenkingsmuseum het verhaal van de hibakusha te vertellen. Ze houdt teder mijn beide handen vast als ik haar bedank voor haar werk.